Collega’s die met ‘De Geit en zijn vriendjes’ werken.
3 gedachten over “Ervaringen”
Mieke van Vleuten Bericht auteur
Er was vorige maand een jongen van 7 bij me, die moeite had met inslapen. Hij vertelde vóor het spel van de Geit dat zijn lievelingsdier een olifant was. Bij de kaartjes koos hij de dolfijn omdat hij zelf ook goed kan zwemmen en duiken. We praten over de eigenschappen. bij ‘altijd zorgeloos’ vraagt Mieke verder, hij is niet altijd zorgeloos, hij maakt zich zorgen als hij z’n weektaak niet afkrijgt. Maar van juf hoeft hij het niet af te hebben, dat scheelt al.
Ik vroeg welk dier hij was als hij niet kon slapen. Dat wist hij niet (hij heeft veel gedachten en z’n hoofd zit vol, zo had z’n moeder verteld, pikt veel prikkels op). Ik zei dat hij misschien wel een beetje de olifant was, die heeft ook een heel goed geheugen, onthoudt veel. Alleen de dolfijn zou de olifant wel kunnen helpen om in te slapen. De jongen wist niet precies hoe de dolfijn kon helpen, maar hij heeft de plaatjes van de twee dieren boven z’n bed gehangen. Z’n ouders gebruikten al de methode dat ze elk kwartier naar hem toe gingen om hem een aai over z’n bol te geven. Dit werkte al beter met inslapen de laatste tijd (het duurde al een half jaar).
Vandaag was hij weer bij me en het inslapen ging veel beter, z’n ouders komen minder vaak naar hem toe. Ik vroeg wat hij zelf nog meer had gedaan of waardoor het kwam. Hij zei ‘door jou…, door de dolfijn en de olifant’! Nou, prachtig toch!! Ook toen het een keer helemaal niet ging, het inslapen, herinnerde z’n moeder hem weer aan de twee dieren en toen lukte het. Z’n ouders zijn aan het klussen in z’n kamer, maar de plaatjes mogen niet verhangen worden. Geweldig hè?
Mieke.
Marieke van Groeningen
Na de workshop ‘De geit en zijn vriendjes” ben ik helemaal geïnspireerd en gemotiveerd aan de slag gegaan met de kaartjes. Ik heb ze al meerdere keren gebruikt in gesprekken met kinderen van 6 jaar en ouder.
Sinds kort ben ik betrokken bij een gezin waar van alles speelt. Vader is overspannen en moeder is langdurig ziek. Ouders hebben het idee dat ze geen grip hebben op dit meisje. Er is veel ruzie en het contact tussen hen en dit meisje verloopt moeizaam. Ouders willen graag dat het weer gezelliger wordt thuis, maar weten niet zo goed waar ze moeten beginnen.
Naast de gesprekken met ouders, heb ik ook uitgebreid gesproken met dit meisje. Doormiddel van de kaartjes en de vragen op de achterkant van de kaartjes, lukte het haar om te vertellen. Vol enthousiasme legt ze alle kaartjes over de tafel en pakt het kaartje ‘poes’ wanneer ik haar vraag welk dier zij is.
Ze vertelt dat poezen haar lievelingsdieren zijn en dat zij altijd op hun pootjes terecht komen. En heel goed zijn in het doen van kunstjes.
Voor haar vader kiest ze de olifant. Ze vertelt dat dit hele lieve dieren zijn, maar wel heel hard kunnen stampen. En veel lawaai maken.
Voor moeder kiest ze het plaatje van de tijger. Het meisje vertelt dat de tijger snel is en de poes kan beschermen.
Door de kaartjes en de vragen begint het meisje te vertellen dat de poes regelmatig door de poten van de olifant moet rennen, maar dat de poes nooit precies weet wanneer hij zijn grote poten neerzet. Wanneer de olifant zijn poten neerzet, kan hij op de poes gaan staan. Volgens het meisje gaat de olifant nooit expres op de poes staan, maar als het gebeurd doet het wel zeer. Ze weet niet goed wanneer de olifant gaat stampen op de grond. Het meisje zou wel een hond willen zijn zodat zij sneller kan rennen en hoger kunnen springen. Dan zou de olifant een minder grote bedreiging zijn, vertelt ze.
Aan het einde van het gesprek vertelt het meisje dat zij wel zou willen dat haar vader een dolfijn was. Dan zouden de poes en de dolfijn samen kunstjes kunnen doen, plezier kunnen maken en door een hoepel springen. Ze vertelt dat zij haar vader mist. Hij is wel thuis maar zij doen weinig leuke dingen samen. Graag zou ze meer tijd met hem door zou brengen.
Door dit gesprek, heeft het meisje aan haar vader vertelt dat zij graag meer met haar vader zou willen doen. Dat zij hem mist. Dit is meteen opgepakt door ouders, en heeft hen aan het denken gezet. Ouders proberen nu meer stil te staan bij hoe zij omgaan met hun dochter en plannen bewust tijd in voor elkaar. Hoe gaaf?!
Annemieke Cobussen (Vita Amstelland)
Ik ben razend enthousiast over ‘De Geit en zijn vriendjes’. Ik heb nu een aantal gesprekken gehad met kinderen waarin ik deze methode heb toegepast en ben verbaasd over de informatie die de kinderen via de dierenplaatsjes geven over zichzelf en/of hun netwerk. Ook merk ik dat het heel ‘veilig’ is voor kinderen om via de dierenplaatsjes te praten over zichzelf en/of hun gezin. Het geeft hen alle ruimte om vrij te associëren. De kinderen kunnen beter aangeven wat ze nodig hebben of anders willen zonder het gevoel te hebben dat ze zichzelf of andere negatief betitelen. De methode is zeer positief en geeft je veel handvatten om een goed aan te sluiten bij de kinderen.
Er was vorige maand een jongen van 7 bij me, die moeite had met inslapen. Hij vertelde vóor het spel van de Geit dat zijn lievelingsdier een olifant was. Bij de kaartjes koos hij de dolfijn omdat hij zelf ook goed kan zwemmen en duiken. We praten over de eigenschappen. bij ‘altijd zorgeloos’ vraagt Mieke verder, hij is niet altijd zorgeloos, hij maakt zich zorgen als hij z’n weektaak niet afkrijgt. Maar van juf hoeft hij het niet af te hebben, dat scheelt al.
Ik vroeg welk dier hij was als hij niet kon slapen. Dat wist hij niet (hij heeft veel gedachten en z’n hoofd zit vol, zo had z’n moeder verteld, pikt veel prikkels op). Ik zei dat hij misschien wel een beetje de olifant was, die heeft ook een heel goed geheugen, onthoudt veel. Alleen de dolfijn zou de olifant wel kunnen helpen om in te slapen. De jongen wist niet precies hoe de dolfijn kon helpen, maar hij heeft de plaatjes van de twee dieren boven z’n bed gehangen. Z’n ouders gebruikten al de methode dat ze elk kwartier naar hem toe gingen om hem een aai over z’n bol te geven. Dit werkte al beter met inslapen de laatste tijd (het duurde al een half jaar).
Vandaag was hij weer bij me en het inslapen ging veel beter, z’n ouders komen minder vaak naar hem toe. Ik vroeg wat hij zelf nog meer had gedaan of waardoor het kwam. Hij zei ‘door jou…, door de dolfijn en de olifant’! Nou, prachtig toch!! Ook toen het een keer helemaal niet ging, het inslapen, herinnerde z’n moeder hem weer aan de twee dieren en toen lukte het. Z’n ouders zijn aan het klussen in z’n kamer, maar de plaatjes mogen niet verhangen worden. Geweldig hè?
Mieke.
Na de workshop ‘De geit en zijn vriendjes” ben ik helemaal geïnspireerd en gemotiveerd aan de slag gegaan met de kaartjes. Ik heb ze al meerdere keren gebruikt in gesprekken met kinderen van 6 jaar en ouder.
Sinds kort ben ik betrokken bij een gezin waar van alles speelt. Vader is overspannen en moeder is langdurig ziek. Ouders hebben het idee dat ze geen grip hebben op dit meisje. Er is veel ruzie en het contact tussen hen en dit meisje verloopt moeizaam. Ouders willen graag dat het weer gezelliger wordt thuis, maar weten niet zo goed waar ze moeten beginnen.
Naast de gesprekken met ouders, heb ik ook uitgebreid gesproken met dit meisje. Doormiddel van de kaartjes en de vragen op de achterkant van de kaartjes, lukte het haar om te vertellen. Vol enthousiasme legt ze alle kaartjes over de tafel en pakt het kaartje ‘poes’ wanneer ik haar vraag welk dier zij is.
Ze vertelt dat poezen haar lievelingsdieren zijn en dat zij altijd op hun pootjes terecht komen. En heel goed zijn in het doen van kunstjes.
Voor haar vader kiest ze de olifant. Ze vertelt dat dit hele lieve dieren zijn, maar wel heel hard kunnen stampen. En veel lawaai maken.
Voor moeder kiest ze het plaatje van de tijger. Het meisje vertelt dat de tijger snel is en de poes kan beschermen.
Door de kaartjes en de vragen begint het meisje te vertellen dat de poes regelmatig door de poten van de olifant moet rennen, maar dat de poes nooit precies weet wanneer hij zijn grote poten neerzet. Wanneer de olifant zijn poten neerzet, kan hij op de poes gaan staan. Volgens het meisje gaat de olifant nooit expres op de poes staan, maar als het gebeurd doet het wel zeer. Ze weet niet goed wanneer de olifant gaat stampen op de grond. Het meisje zou wel een hond willen zijn zodat zij sneller kan rennen en hoger kunnen springen. Dan zou de olifant een minder grote bedreiging zijn, vertelt ze.
Aan het einde van het gesprek vertelt het meisje dat zij wel zou willen dat haar vader een dolfijn was. Dan zouden de poes en de dolfijn samen kunstjes kunnen doen, plezier kunnen maken en door een hoepel springen. Ze vertelt dat zij haar vader mist. Hij is wel thuis maar zij doen weinig leuke dingen samen. Graag zou ze meer tijd met hem door zou brengen.
Door dit gesprek, heeft het meisje aan haar vader vertelt dat zij graag meer met haar vader zou willen doen. Dat zij hem mist. Dit is meteen opgepakt door ouders, en heeft hen aan het denken gezet. Ouders proberen nu meer stil te staan bij hoe zij omgaan met hun dochter en plannen bewust tijd in voor elkaar. Hoe gaaf?!
Ik ben razend enthousiast over ‘De Geit en zijn vriendjes’. Ik heb nu een aantal gesprekken gehad met kinderen waarin ik deze methode heb toegepast en ben verbaasd over de informatie die de kinderen via de dierenplaatsjes geven over zichzelf en/of hun netwerk. Ook merk ik dat het heel ‘veilig’ is voor kinderen om via de dierenplaatsjes te praten over zichzelf en/of hun gezin. Het geeft hen alle ruimte om vrij te associëren. De kinderen kunnen beter aangeven wat ze nodig hebben of anders willen zonder het gevoel te hebben dat ze zichzelf of andere negatief betitelen. De methode is zeer positief en geeft je veel handvatten om een goed aan te sluiten bij de kinderen.